Een steile klim leidt ons Kautenbach uit.
Het pad is de asfaltweg, een motormuis raast voorbij.
Al snel worden we een smal, onverhard spoortje opgestuurd.
Hoewel, onverhard?
De ondergrond is de ruwe leisteen van het kammetje dat we beklimmen.
De Lee Trail is afgelopen, lang leve de lee (Luxemburgs voor steile, rotsige bergkam).
Als de motoren zich dan koest houden, wanen we ons gelijk al in een wildernisje.
Het paadje kronkelt langs hellingen tussen eiken en haagbeuken door.
Het is de tijd van kleuren en geuren.
Brem en meidoorn bloeien, met daaronder salomonszegel, grote muur, herderstasje, lelietje-van-dalen...
Het is heerlijk om hier te lopen, in de avondzon.
Ja, zo was het ook een jaar geleden! 😃
We hebben het niet meer over de lange en niet zo voorspoedige treinreis die begon met een trein die niet vertrok, doorging als inhaalrace met een overstap van twee minuten en eindigde in een treinvervangende bus.
VIOOLORKEST
Het is vandaag rustdag! zegt een van de Vlamingen die kalmpjes het ontbijt aan het nuttigen zijn aan een grote campingtafel.
Bepakt en bezakt lopen we langs.
Voor ons geen rustdag, deEislek gaat nu echt van start.
Vanaf de camping gaat het gelijk flink omhoog het bos in.
We lopen door steile dalletjes met klaterende kabouterbeken.
Groen bemoste esdoorns en haagbeuken sluiten hun kronen boven ons.
Af en toe bereikt een straaltje zonlicht de bodem.
Het paars van mannetjesorchis valt op tussen het groen.
Een oud kasteeltje staat op een rotstop.
De vogels fluiten uitbundig tot groot genoegen van Dap.
Ze kijkt, luistert en haalt haar vogelapp tevoorschijn.
Ik probeer te luisteren en te leren.
Een lijster geeft ons zangles in een boom, vlak boven ons.
Omleiding! 😟
Een mooi deel van het pad is afgesloten wegens werkzaamheden.
Maar het is rustdag, dus er wordt niet gewerkt.
We stappen over het witrode lint.
Geen probleem 😃.
Na een lang stuk door het bos gaan we steil omhoog over afbrokkelend leisteen, een lee.
Het is hier warmer en droger.
Dat is aan de flora te merken: vetplanten, een soort bonsai-eiken, uitbundig bloeiende brem, roos.
Er staan een paar viooltjes, die ik wil fotograferen.
Dap ziet er nog meer staan, en nóg meer.
Dan wijst ze op een veldje met duizenden viooltjes.
— Daar, een heel orkest!
Het is een prachtige route.
Er is zowat niemand aan het wandelen op deze mooie zondagochtend.
Slechts een doodenkeling laat zijn hond uit.
We zijn zo bezig met bloemen fotograferen en vogels luisteren dat we rond lunchtijd slecht zeven km hebben afgelegd 🙃.
Na de pauze op een mooie plek aan het riviertje Clerve worden we qua tempo wat geholpen door het landschap.
We gaan verhard door een dorp en daarna het plateau op, open boerenland waar weinig te beleven valt.
Vervolgens een stuk bos dat niet heel bijzonder is.
We lopen dus door.
Na een tweede beekjespauze bereiken we de camping rond zessen.
LUXE LIMBURG
Het is wat mistig en nadat we een ontbijtje hebben gemaakt op het terras van de camping, gaan we ervandoor.
Dan stuiten we bij een verkeersweg op een omleiding.
Er zijn werkzaamheden en er wordt op deze maandag ook daadwerkelijk gewerkt.
We spieken nog even over de rand van de weg naar beneden, waar onze route loopt, maar er is geen doorkomen aan 😟.
Door de buitenwijken van Clervaux dan maar, en in de berm van een hoofdweg naar de plek waar we de route kunnen oppakken.
Het begin van deze dag is daarmee geen hoogtepunt.
Dan stuiten we op een smal paadje helling op het bos in: we staan weer op de Trail.
We lopen verder door glooiend bosgebied. Op een helling midden tussen hoge beuken liggen de verwrongen resten van een Britse Hudson uit de tweede wereldoorlog. Naast het vliegtuigwrak de zes graven van de omgekomen bemanningsleden. Een indrukwekkende plek. Boven ons zingen de vinken. Verder is het stil.
Tegenover een klooster, in het Woltzdal bij een klaterend beekje, kiezen we een pauzeplek. Het is heerlijk rustig. Totdat twee mannen in een busje aan komen rijden en ze een bosmaaier en grasmaaimachine uitladen. Ze komen het pad maaien. Dat moet ook gebeuren. Al snel keert de rust weer. Deze avond slapen we heel luxe in een hotel bij gebrek aan een camping. Maar eerst moet er nog gewandeld worden. We zijn pas halverwege de kilometers.
Bij Troisvierges staan we weer op een lee. Het uitzicht op de buitenwijken is niets aan, maar de plek is bijzonder. Met wat luchtige, technische stapjes over steile leisteen waan je je even in de bergen.
Dit is ook een keerpunt op de route. Langs de andere kant van het dal van de Woltz lopen we weer zuidwaarts. Dap en ik passeren het klooster nu aan de andere kant. De tocht voert ons door stevig glooiend boerenland. Een rotswandje, een weggetje, een bosje, een weilandje, het is allemaal erg Luxemburgs. Niet spectaculair, wel mooi. Een soort Zuid-Limburg met extra's. Luxe Limburg.
De dag eindigt in een ruig beekdal. Een paar koeien liggen in ongemaaid gras. Vele bloemen bloeien. Het bruine water van de Trätterbaach kabbelt door wat meanders. De beek voert ons naar de prachtige plek waar we overnachten, Aasselbuerermillen.
VERHABBEZAKKEN
Dap zet de wekker extra vroeg en is nog vóór openingstijd bij het ontbijtbuffet. Als ik binnenkom heeft ze een tafel volgestapeld met lekkernijen. Fruit, versgebakken brood, chocoladecake, kruidkoek... Wat een overvloed. Met goed gevulde magen verlaten we de millen.
Dap is verheugd dat we eerder op pad zijn dan de dagen ervoor. We beginnen aan de langste dag, de oversteek van het plateau naar het Ourthedal in België. Het weer houdt niet over. Voorlopig geen zon, en voelen we daar al wat miezer?
Het plateau is heel aardig en gevarieerd.
We lopen langs heggen waarin meidoorn uitbundig en geurig bloeit.
Een enkele fruitboom bloesemt nog.
Weilanden vol boter- en pinksterbloemen zijn ongemaaid.
Dap ziet een groot hert wegschieten.
Een ooievaar vliegt op.
Kleine beekjes kabbelen door de weilanden.
Ja, het is gewoon boerenland en aan de brandnetels te zien hebben ze ook hier een stikstofprobleem.
Maar het land is niet kapotgeoptimaliseerd, zoals we dat in Nederland zo goed kunnen.
De wind waait fris en we stoppen om een extra laagje aan te trekken.
Een zeldzame soort komt langs: een wandelaar met hondje en verrekijker.
Ze vertelt dat er verderop een zwarte ooievaar zit.
Even later zie ik het dier opvliegen, witte buik, zwarte vleugels.
In een bos passeren we een grenspaal. Dag groothertogdom, hallo Belgische provincie Luxemburg. De markering verandert subtiel. We dalen af naar het eerste dorpje, Buret, tussen een rotswandje en een mals groen dalletje.
Na de strakgepleisterde, kleurig geschilderde Luxemburgse huizen is de aanblik even wennen.
Voor onze Nederlandse ogen is dit armoedig.
Huizen zijn onafgewerkt en ononderhouden.
Of gewoon in verval.
Er zijn eenvoudige oplossingen gekozen zonder enige aandacht voor stijl.
Tegenover een puinhoop staat een pand in aanbouw.
— Ze laten de boel gewoon verhabbezakken en bouwen dan iets nieuws, vat Dap het dorp samen.
We proberen er een positieve draai aan te geven.
— Misschien zijn ze wel heel gelukkig achter de voordeur.
— In zo'n huis wordt tenminste niet ingebroken.
— We zijn heel blij dat we hier mogen lopen, hoor!
Voorbij het volgende dorp Tavigny stampen we over betonplaten tussen weilanden vol vleeskoeien. Saai.
Het wordt pas weer wat met de wandeltocht als we de bosrand bereiken. Dap ziet daar twee oren boven het maaiveld uitsteken. Een reekalf houdt zich schuil op luttele meters van ons. Fantastisch!
We dalen af het Ourthedal in en houden even pauze bij een picknicktafel.
We hebben het over de camping voorbij Houffalize, waarnaar we op weg zijn, maar waar Dap geen contact mee had kunnen krijgen.
Natuurlijk konden we daar zo aan komen lopen, verwachtte ik.
Even later lopen we Houffalize in langs nette huizen temidden van keurig gemaaide gazonnetjes en strakgesnoeide heggen.
Niet bepaald Buret!
Ter compensatie gevolgd door een oud bedrijfspand met ingegooide ruiten.
We doen boodschappen in de Proxy Delhaize.
— Est-ce que tu connais camping Le Viaduc?
C'est ouvert? vraag ik in de winkel.
Nou, Le Viaduc is dus fermé.
We denken na over een plan B.
Iets verder blijkt nog een camping te zijn, hoezee!
We snacken wat nootjes en drinken de smerigste caffeïnehoudende drankjes die ik had kunnen vinden in de winkel, Dr.
Pepper en Cherry Coke. Maar de drank slaat aan.
We stampen nog vrolijk door, alvast over de kms die voor de volgende dag gepland stonden.
De zon begint zowaar nog te schijnen.
Op een markering van het pad, een wit golfje op een blauwe achtergrond, staat geschreven: Go with the flow.
Zo bereiken Dap en ik na een fikse wandeldag een prachtige camping aan de Oostelijke Ourthe.
ESTAURANT
We besteden onze eerste wandelkms in saaie sparrenbossen, op door mountainbikes uitgesleten brede bospaden. Een hazelworm ligt op te warmen in de zon op een gevaarlijke plek, midden op de mountainbikeroute. Maar er zijn geen fietsers. Wel komen we meerdere wandelaars tegen, een nieuwigheid. Een uitstapje over het plateau kan ons niet bekoren. Uiteindelijk bereiken we de Oostelijke Ourthe.
Een paadje slingert op en neer over de steile helling. Langs en over rotspartijtjes, door een dicht bos van kronkelige eiken, haagbeuken en esdoorns. De boomkronen onttrekken voor het grootste deel het zicht op het water onder ons. Boomwortels kronkelen over het pad. Het is geweldig!
De Oostelijke Ourthe komt vanuit het oosten en de Westelijke Ourthe komt vanuit het zuiden. Bovenop de rotsen bij de samenvloeiing van de Ourthes staat een picknickhutje. Hier lunchen we. We kijken uit over het water van de Ourthe die hier niet stroomt, omdat het een stuwmeer is.
Na de lunch gaan we trappen op langs druppelende rotsen.
We belanden op een pad op een rotsig kammetje.
Links een steile helling omlaag, rechts een afgrond.
Het gaat maar door met deze prachtige route.
Uiteindelijk, na de stuwdam te zijn gepasseerd, belanden we aan de oever van de rivier, die hier weer een rivier is.
Het pad is deels modder, deels boomstam, deels rots.
We merken dat we moe beginnen te worden en nemen een laatste korte pauze onder een dreigende wolkenlucht.
Een steile klim brengt ons naar Ollomont, waar alles supersjiek en aangeharkt is, behalve de standaard achenebbisj, die ook hier aanwezig is.
We lopen door naar Nadrin.
Het restaurant is dicht en staat te koop.
Daartegenover heeft het estaurant al heel lang geen klandizie meer gezien.
Dan de camping.
We hebben een kampeerveld van een halve hectare helemaal voor onszelf.
Er staan prachtige oude haagbeuken, een stroompje klatert, de vogels fluiten, in een meertje kwaken de kikkers.
Maar op het gedeelte voor de vaste gasten staan de stacaravans dicht op elkaar gestouwd.
Een kwart van de caravans staat leeg en is in verval.
Het sanitair is toe aan een grondige renovatie, al heel lang.
En bovendien eerst aan een poetsbeurt.
De vuilnisbak stroomt over.
Er is bijna niemand.
In een grote buitentent wordt Vlaams gepraat.
Twee bierkratten zijn er op elkaar gestapeld, handig voor het grijpen.
De beheerder treffen we niet thuis.
We zoeken dan maar zelf naar een vlak plekje op het grote glooiende veld, wat nog lastig is, en koken een avonturenmaaltijd.
Een vogeltje landt op de nok van de tent.
De wandeling was korter dan gepland, maar heeft wederom de hele dag gevuld.
De Eislek Trail begint erin te hakken.
Morgen staat een lange wandeldag op het programma.
Dap puzzelt met een mogelijkheid tot het afsnijden van een stuk plateau.
En we zetten de wekker een uur eerder dan normaal.
IJSLIK
Met onze kopjes koffie en ontbijtjes in de hand vinden we een staplaats in de zon bij het meertje. We luisteren naar het koffieconcert van de vogels en de kikkers. De rest van de camping is nog in diepe rust. Voor achten gaan we weer op pad. Dit korte verblijf was gratis.
Al snel staan we aan de Ourthe.
Dit is weer het paadje van rotsen, modder en omgevallen bomen.
Regelmatig is het even zoeken naar de beste route.
De rivier kabbelt langs, de blauwe lucht wordt weerspiegeld in het water.
Rotswanden duiken op.
Af en toe klimmen we steil omhoog, het bos in, en dalen we even later weer af naar het water.
Het duurt een paar uur voordat we de eerste andere mensen zien.
Twee wandelaars met trekkingrugzak komen ons tegemoet.
Een unicum op de Eislek Trail.
We gaan lunchen, zittend op een boomstam.
Wat bijzonder om op deze prachtige plek helemaal alleen te zijn, en vrijwel geen geluiden uit de bewoonde wereld te horen.
Er is hier helemaal niemand, we kunnen zo een nummertje maken hier op het pad, grap ik tegen Dap.
Gelukkig hebben we het niet gedaan, want twee minuten later komen twee oudere heren ons tegemoet gelopen.
We besluiten een gekke kronkel in de Trail van een paar km af te snijden via de GR57.
Het is rechttoe, rechtaan doorstampen over een breed bospad.
We verlaten de oever van de Ourthe.
Een uitzicht opent zich.
Een meanderende rivier, koetjes in de wei, een boerderij, donkere bossen.
We pakken de Eislek Trail weer op, maar het is gedaan met de pret.
We zijn verwend geraakt op het prachtige pad, dat nu we La Roche naderen, niet heel bijzonder meer is, en soms gewoon saai.
Maar Dap heeft goed nieuws voor me.
Ze heeft een koffiekopje op de kaart ontdekt, niet ver voor ons.
Een zeldzaamheid aan de Eislek Trail.
Inderdaad duikt er een crêperie op.
O, een lekker koud drankje!
Maar deze tent is gesloten.
Wat wil je ook, met de vier man en een paardenkop die hier vandaag rondloopt.
Het is de keerzijde van de verlatenheid van deze streek.
Onverhard bereiken we de verkeersweg langs de Ourthe en even later lopen we La Roche in.
Bij het eerste het beste ijstentje dat we zien, stoppen we voor een paar bolletjes.
De Trail is klaar, Eislek wordt ijslik.
In La Roche wil men geld verdienen aan toeristen, toch?
Ik loop met Dap naar het bakkertje waar ik de volgende ochtend met haar wil ontbijten.
Dat ziet er permanent gesloten uit.
Dan maar een pizza in de pizzeria ernaast.
Kan pas om zes uur.
Onverrichterzake lopen we door naar de camping, waar we op het terras ploffen.
De Eislek Trail is ten einde...
en we mogen nog twee bonusdagen!
WINDVLAGEN
Vandaag is het vakantie!
We lopen maar 14 km, dus we kunnen uitslapen.
Toch, om zeven uur moedigt Dap me aan om uit de slaapzak te kruipen.
We doen inkopen en ontbijten op een pleintje in La Roche.
Het is nog tamelijk rustig hier, maar later vandaag wordt het hier vast een gekkenhuis met Nederlanders.
Het is vandaag de vrijdag vóór het Pinksterweekend.
We gaan de GR57 volgen.
De route leidt ons over onverharde paadjes en veldwegen.
We lopen veel over het boerenland van het plateau.
Dat betekent uitzichten!
Roofvogels zweven op de thermiek van deze onbewolkte dag, tarwevelden schudden in de windvlagen.
Af en toe komen we een wandelaar tegen.
Een zoen op de trail moet kunnen, toch?
— Hé, roept een mountainbiker naar ons, die de bocht om komt.
We lachen er alle drie om.
We nemen een eerste pauze op een gemaaid veldje.
Ik snij een snee brood af en beleg het met brie.
Vandaag geen hartkeks.
Een kwartier wordt een half uur.
We lopen een stukje verkeerd maar ach, het is hier mooi en we hebben de tijd.
We passeren een camping — bijna, want er is een terrasje.
Voor het eerst deze tocht drinken we een koffie onderweg.
Oké, uit een papieren bekertje en waarschijnlijk uit een automaat, maar toch.
De enige andere gast is de campingeigenaar, die een biertje pakt.
De middag is amper begonnen.
Na een klim komen we bij een bankje, net als we uitkijken naar een lunchplek.
Meestal komen de bankjes pas net ná de lunchplek, maar vandaag zit het mee, letterlijk.
We eten brood met uitzicht op een coulissenlandschap.
Terwijl half Nederland in de Pinksterfile staat, lopen we door het stille Ourthedal en prikken we op een nog rustige camping de tent in de rivieroever.
DIEPTEPUNT
De laatste dag begint al om zes uur, want het belooft weer een flinke wandeling te worden.
We starten hem met een klim van 200 m.
Boven staat een kleine kapel en daar kijken we uit over de verre omgeving, die onder ons ligt.
De zon schijnt, in de verte is een boer aan het hooien.
We maken een tocht door stille bossen en passeren een paar kleine dorpjes en gehuchten die er prachtig bijliggen.
Sommige zijn ware paradijsjes.
We lunchen op een uitzichtspunt met picknicktafel in de schaduw.
Het waait stevig, het is koud en warm tegelijk.
Het relief wordt minder en minder.
We zijn aan de rand van de Ardennen gekomen.
Nog een laatste maal gaan we een beboste heuvel over, waar de koekoek koekoekt.
De GR volgt vervolgens voornamelijk verharde weg, die saaie en bergschoenonvriendelijke wandelondergrond.
We stampen stevig door.
Die weg leidt ons naar de grotten van Hotton, waar we de laatste rondleiding hoopten te halen.
Het wordt de voorlaatste!
💪.
We trekken een warme laag aan en dalen 65 meter af in de spelonken.
Het dieptepunt van de wandeltocht!
🙃
De avond sluiten we af op het terras van de camping, boven de Ourthe, waar tot blijdschap van Dap aan de overkant de nachtegaal haar lied zingt.
De volgende ochtend lopen we nog luttele kms over een smal paadje langs de rivier naar het station.
Escapardenne - Eislek Trail
Escapardenne is een door o.a. de EU gefinancierd project geweest dat twee op elkaar aansluitende wandelpaden heeft opgeleverd door het Belgisch-Luxemburgse Ardennengebied, de Eislek Trail en de Lee Trail.
De Eislek Trail loopt tussen Kautenbach in Luxemburg en La Roche-en-Ardenne in de Belgische provincie Luxemburg over een afstand van 106km.
De naam van het pad is afgeleid van de Luxemburgse benaming van het noordelijk deel van het land, waar de Ardennen liggen.
Er worden verschillende schrijfwijzen gehanteerd, Éislek in Luxemburg, Eisleck en Eislek in België.
Dit wandelpad voert je door rivierdalen en over het Ardennenplateau via veelal onverharde en soms smalle en redelijk technische paadjes met flink wat hoogtemeters.
Het hoogtepunt wat betreft natuurschoon is het Natuurpark van de twee Ourthes.
Voor meer informatie over de Eislek Trail kun je bijvoorbeeld de volgende bronnen gebruiken:
- De officiële website van Escapardenne, met o.a. informatie over de jacht (oktober - december).
- Het compacte, Duitstalige gidsje Luxemburg/Belgien: Lee Trail und Eislek Trail.
- De kaart Escapardenne trail, met allerlei voorzieningen duidelijk afgebeeld op de curieuze schaal 1:33.333.
- De Vlaamse site Hiking Advisor: Eislek Trail voor een praktische inleiding.
De treinreis naar station Kautenbach duurt vanuit Utrecht ca. 7 uur, een autorit kost minder dan 4 uur. In La Roche is geen treinstation, wel rijden er bussen.
Het is niet triviaal om per OV terug te reizen vanuit La Roche naar Kautenbach als je daar een auto hebt staan.
Zie het reisadvies op Hiking Advisor en onze eigen wandeloplossing, onderaan.
Een vijf- à zesdaagse trektocht met tent is een prachtige manier om de Eislek Trail te verkennen.
Op wandelafstand van het begin- en eindpunt van de trail liggen campings.
In de buurt van alle etappeplaatsen uit het gidsje bevinden zich campings behalve bij Asselborner Mühle, waar een hotel is.
Daarnaast liggen er her en der nog meer campings in de buurt van de route.
Er zijn enkele opties in de buurt van de trail op Welcome to my garden.
De bivakzones die ooit langs het pad lagen zijn gesloten.
Twee planningsuitdagingen voor een kampeertocht zijn de heel forse eerste etappe (station Kautenbach — Clervaux) van 25 km en 1000+ hoogtemeters, en het afwezig zijn van
een camping op het eind van etappe 2, Asselborner Mühle. Alternatieve opties voor de eerste dag zijn:
- Het iets inkorten van etappe 1 door vanuit Kautenbach in plaats van over de Eislek Trail, langs de rivier naar camping Kautenbach te lopen om daar de trail op te pakken — maar dan mis je een prachtig stuk.
- Op de aanreisdag een korte inloopwandeling naar de camping in Kautenbach te doen en de volgende dag van daaruit naar Clervaux, wat nog een volwaardige wandeldag is. Je doet dan zes dagen over de tocht. Dit is wat Blogout gedaan heeft.
- De eerste etappe in twee kortere dagen opdelen. Je kampeert dan in Wilwerwitz of Escherange.
Als je het hotel in Asselborner Mühle wil vermijden, kun je al eerder overnachten in Troisvierges en langs de route pas zo'n 30 km verderop
weer op camping C&P Buitensport. Maar het hotel is een prachtige plek!
Wij hebben geslapen op camping Kautenbach (5 km, 250 hoogtemeters), camping Reiler
(21 km, 800 hoogtemeters),
heerlijk luxe in het hotel
Domaine du Moulin d'Asselborn (21 km, 600 hoogtemeters), op camping C&P Buitensport
(25 km, 400 hoogtemeters),
camping Belle-Meuse (19 km, 600 hoogtemeters)
en camping de l'Ourthe (21 km, 700 hoogtemeters met afkorting).
Dat had Dap mooi gepland! 😃
Camping Le Viaduc bij Houffalize is gesloten! 😟.
Nog niet uitgewandeld in La Roche?
Over de GR57 kun je in twee dagen doorlopen naar het stationnetje Melreux-Hotton
(35 km) en per trein in ca. 4 uur terugreizen naar Utrecht.
Onderweg zijn er meerdere campings.
Blogout overnachtte op camping Marcourt (13 km, 450 hoogtemeters) en camping Eau Zone
(20 km, 500 hoogtemeters). Daarna nog 2 km en 0 hoogtemeters naar station Melreux-Hotton.
Op trekkings.be vind je uitgebreide achtergrondinformatie over dit traject van de GR57, in omgekeerde richting beschreven.
Let op 😲: op sommige plekken in België kan alleen contant kan worden afgerekend!